Légende

Dit najaar verdiept Arte Vocale zich in de bijzondere en kleurrijke werken van 19e en 20e eeuwse Franse componisten. Lily Boulanger en Gabriel Fauré staan hierbij in de hoofdrol. Kleurrijk zijn ook 
de verschillende teksten die componisten hebben gebruikt. Hymn au Soleil van Boulanger is een aanbidding van de zonsopgang, Iets wat we indirect ook terug zien in het derde deel van de Trois Chansons van Claude Debussy. De eerste twee chansons spreken over de liefde gevoelens die ook grenzen aan aanbidding. Prins Charles d'Orléans (1394-1465, neef van de Franse Koning Karel VI) schreef deze gedichten grotendeels tijdens zijn 25 jaar durende gevangenschap in 
Engeland. De Chansons worden afgewisseld met reflecterende werken van Nederlandse (bijna) tijdgenoten Pierre de la Rue en Hubert Waelrant. 
De meest bijzondere tekst is die van Victor Hugo in Fauré's Les Djinns. Het eerste vers start slechts met 2 woorden per strofe, en in elk vers neemt de strofe met één woord toe zodat er een grafisch crescendo ontstaat en later een decrescendo. Fauré volgt deze toenemende spanning ook meesterlijk in de muziek. Je kan op een gegeven moment zelfs een horde van 'Djinns' (Geesten) horen die met geweld rond razen en een spoor van vernieling achterlaten!
Van deze wereldlijke pracht gaan we verder met het indrukwekkende geestelijke repertoire van Francis Poulenc die een vocaal uitdagend Salve Regina heeft geschreven, de Quatre motets van 
Maurice Duruflé die de gregoriaanse melodie als uitgangspunt neemt en verreikt met ingenieuze, 
kleurrijke maar subtiele harmonieën, en als afsluiting de magistrale Psalm 24 van Lily Boulanger.

Snel naar

Volg ons op